De vesting Kłodzko is momenteel een van de belangrijkste monumenten van heel Neder-Silezië. Het hoofdfort en het bijfort Owcza Góra zijn open voor bezoekers. De vesting Kłodzko biedt een prachtig uitzicht over de hele stad en de nabijgelegen bergen.
De vesting Kłodzko is in verschillende opzichten uniek. Allereerst moet de aandacht worden gevestigd op het in Europa unieke systeem van tegenmijngangen, d.w.z. een ondergronds labyrint. Deze oplossing zorgde voor een effectieve verdediging tegen vijandelijke ondermijning door het gebruik van mijnen. De taak van de mijnwerkers was een van de moeilijkste die in het fort plaatsvond. Vandaag hebben toeristen een unieke kans om het ondergrondse labyrint van de vesting Kłodzko te verkennen. Onvergetelijke indrukken en een flinke dosis spanning gegarandeerd!
Het begin van de geschiedenis van de Kłodzko Vesting gaat terug tot de bouw van een versterkt houten kasteel in de Middeleeuwen. De site werd omgebouwd tot een bakstenen verdedigingskasteel dat toebehoorde aan de heersers van Kłodzko. De bouw van de moderne versterking van de stad vindt zijn oorsprong in de Dertigjarige Oorlog. In die tijd werd een complex gebouwd bestaande uit drie bastions verbonden door twee gordijnen. Een onbetwistbaar voordeel van de locatie van het fort was de natuurlijke verdediging die de heuvel bood.
Nadat Kłodzko was veroverd door het keizerlijke leger, werd het complex herbouwd en werden bastionversterkingen toegevoegd. De volgende grote uitbreiding van de vesting vond plaats tijdens het bewind van de Pruisische koning Frederik II de Grote. In de eerste helft van de 19e eeuw werd de vesting uitgebreid met versterkte kampwallen. In de tweede helft van de 19e eeuw werd het omgebouwd tot pakhuizen en gevangenissen, waar politieke gevangenen, krijgsgevangenen en soldaten die verdacht werden van wandaden werden geplaatst. In 1960 werd het gebouw ingeschreven in het register van historische monumenten.
Een bezoek aan de vesting Kłodzko is interessant omdat we langs de belangrijkste toeristische route kunnen wandelen en het netwerk van ondergrondse mijngangen kunnen bekijken, of kunnen kiezen voor een nachtelijke rondleiding in het licht van lantaarns en kaarsen.